Sinds 1 januari 2000 is de Regeling Veiligheidsadviseur ADR van kracht geworden. In deze regeleing staat dat elke onderneming waarvan de bedrijvigheid het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, of het met dit vervoer samenhangende verpakken, beladen, vullen of lossen omvat, moet een of meer ADR veiligheidsadviseurs voor het vervoer van gevaarlijke goederen, benoemen. Dit kan een interne veiligheidsadviseur zijn, maar ook kan een extern veiligheidsadviseur ADR worden ingehuurd. Dit geldt niet alleen voor transportbedrijven bijvoorbeeld voor een ziekenhuis aangezien hier aanmerkelijke hoeveelheden gevaarlijke stoffen worden gelost en ook ziekenhuisafval onder het ADR, de wet gevaarlijke stoffen valt.
Vanaf begin 2025, zal de inspectie leefomgeving en transport (IL&T), weer controlen op het al dan niet in dienst hebben van een ADR veiligheidsadviseur bij ziekenhuizen en zorginstellingen. Dit ondermeer na een incident in 2024 te Dordrecht bij de ZAVIN. De ZAVIN verwerkt verbrandt UN3291 Specifiek Ziekenhuis Afval (S.Z.A).
Dit afval komt vrij bij intramurale instellingen, zoals ziekenhuizen, verpleegtehuizen met medische voorzieningen, huisartsen, dierenartsen en tandartsenpraktijken en extramurale instellingen, zoals b.v. laboratoria.
S.Z.A. is een gevaarlijke afvalstof die vraagt om een speciale verwerking in verband met eventueel besmettingsgevaar.
Daarnaast zijn etische en estetische aspecten redenen om het specifieke ziekenhuisafval niet tegelijkertijd met het bedrijfsafval op de gebruikelijke wijze te verwerken. Het betreft immers vaak infectueus afval, maar ook cytostatica, genetisch gemodificeerd afval en humane delen.
Het specifieke ziekenhuisafval is niet alleen geclassificeerd als gevaarlijk afval, maar ook als een gevaarlijke stof, gedefinieerd onder infectieuze stoffen, klasse 6.2 van het ADR.
De werkzaamheden van de (extern) veiligheidsadviseur zijn vastgelegd in de ADR wet. Mocht u niet over een veiligheidsadviseur beschikken, dan kan Jolmers Advies BV optreden als uw externe veiligheidsadviseur. Wij doen dit thans bij meerdere ziekenhuizen in Noord Nederland, verder zijn wij sparringspartner en adviseur bij talloze andere (zorg) organisaties.
De taken van de veiligheidsadviseur zijn afhankelijk van de activiteiten van de onderneming en worden beschreven in hoofdstik 1.8.3 van het ADR. Ze bestaan onder ander uit:
Artikel 1.8.3 ADR - taken van de veiligheidsadviseur
1.8.3 Veiligheidsadviseur
1.8.3.1 Elke onderneming waarvan de bedrijvigheid het vervoer van gevaarlijke goederen over de weg, of het met dit vervoer samenhangende verpakken, beladen, vullen of lossen omvat, moet een of meer veiligheidsadviseurs voor het vervoer van gevaarlijke goederen, benoemen, die ermee zijn belast te helpen bij de preventie van de aan dit soort activiteiten verbonden gevaren voor de veiligheid van personen, bezittingen en het milieu.
1.8.3.2 De Overeenkomstsluitende Partijen kunnen bepalen dat deze voorschriften niet van toepassing zijn op ondernemingen:
a) waarvan de betrokken activiteiten betrekking hebben op hoeveelheden per transporteenheid, die kleiner zijn dan de in 1.1.3.6, 1.7.1.4 en in de hoofdstukken 3.3, 3.4 en 3.5 vastgestelde hoeveelheden, of
b) waarvan de hoofd- en nevenactiviteit niet bestaat in het vervoer van gevaarlijke goederen of met dat vervoer samenhangende verpakken, vullen, beladen of lossen, doch die incidenteel binnenlands vervoer van gevaarlijke goederen of met dat vervoer samenhangende verpakkings-, vul-, laad- of loswerkzaamheden verrichten die een minimale mate van gevaar of milieuverontreiniging inhouden.
1.8.3.3 De adviseur heeft onder de verantwoordelijkheid van de bedrijfsleider in de eerste plaats tot taak om er, binnen de grenzen van de betrokken activiteiten van de onderneming, met alle mogelijke middelen en maatregelen voor te zorgen dat deze activiteiten gemakkelijker met inachtneming van de toepasselijke regelgeving en onder optimale veiligheidsvoorwaarden kunnen plaatsvinden.
Zijn aan de activiteiten van de onderneming aangepaste taken zijn in het bijzonder:
De taken van de adviseur omvatten bovendien het controleren van de volgende praktijken en procedures met betrekking tot de betrokken activiteiten: